DE PLEK
Iedereen kent de iconische Boerentoren, op vijftig meter hiervandaan, een ontwerp van het trio Van Averbeke, Vanhoenacker, Smolders. (1931)
Iedereen kent de iconische Boekentoren, op meer dan vijftig kilometer hiervandaan, in Gent, een ontwerp van Henry van de Velde. (1930)
Niemand kent de metalen boekentoren waarin u zich bevindt. Een van de eerste, zoniet dé eerste metalen boekentoren van het Europese vasteland. Een ontwerp van geniaal ingenieur Théodore Lebens. (1850)
Tijd om in deze onbekendheid enige verandering aan te brengen.
Welkom in HET ARCHIEF
Het Archief
Welkom in dit revolutionaire (!) pand dat in 1851 werd ontworpen en dat een parel van architectuur, techniek en functionaliteit is.
Onze zaak heet HET ARCHIEF omdat deze naam, euh, nogal voor de hand ligt.
Meer dan honderdzeventig jaar geleden werd dit gebouw opgetrokken om er de boeken en het archiefmateriaal van de Provincie in onder te brengen. De façade van dit pand is sober en onopvallend. Het interieur van dit pand is sober en zéér opvallend. In deze plek gaat baanbrekende en grensverleggende visie schuil.
U staat in een interieur dat volledig, van top tot teen, uit gietijzer bestaat.
U staat in een verborgen parel die, op een uitzonderlijke tijdspanne van vijf jaar na, meer dan anderhalve eeuw voor de buitenwereld gesloten was.
U staat of zit in een van de indrukwekkendste metalen panden van Europa.
Het Crystal Palace in Londen, opgericht naar aanleiding van de Wereldtentoonstelling in 1851, werd in hetzelfde jaar als dit archief opgetrokken. Het prachtige Crystal Palace is een van Engelands eerste gebouwen die volledig op gietijzeren onderdelen steunen. Het geniet een enorme bekendheid, wereldwijd.
In Engeland werd gietijzer, voor de techniek ook voor gebouwen werd ingezet, al gebruikt voor de constructie serres en bruggen ingezet. Het smelten en smeden van het ijzer en het ontwerpen van ingewikkelde constructies met dit materiaal, was een ambacht die de Engelsen als geen ander beheersten.
Zij, pioniers, werden meesters in hun vak. Ingenieurs en architecten van het vasteland staken aan de overkant van het Kanaal hun licht op. Ze brachten de kunst en kunde van smeedijzeren architectuur naar continentaal Europa.
Enkele voorbeelden?
Denk aan de historische hangbrug in het Stadspark van Antwerpen, een ontwerp van Eduard Keilig, een Duitse landschapsarchitect met een zwak voor Engeland. De ijzeren hangbrug is van 1867 – toen bestond ‘dit Archief’ al bijna twintig jaar.
Denk ook aan de Eiffeltoren, die nog twintig jaar later werd opgetrokken, in 1887.
Al hoeft u niet zo ver te gaan.
Het monumentale Sint-Felix Pakhuis (1863) aan de Godefriduskaai op het Eilandje rust op gietijzeren pijlers – nog geen half uur stappen en u bent er.
Het boekenmagazijn van de stads- en Erfgoedbibliotheek (omstreeks 1880) op het Hendrik Conscienceplein, waar ook onze andere zaak BOHM & Berkel groeit en bloeit, is eveneens een juweel van gietijzer. Net als de gaanderij van de imposante en tot de verbeelding sprekende Nottebohmzaal in diezelfde Erfgoedbibliotheek.
Photo: © Lucid
Even terloops.
Niet dat de gietijzeren constructies in ons land van een leien dakje liepen: het gieten en assembleren van de talrijke onderdelen van dit archief heeft bijvoorbeeld voor allerhande complicaties gezorgd. De bouw van dit archief liep daardoor vertragingen op. Maar de problemen werden allemaal opgelost door Gietijzerfabrikant Galler in Luik. Wallonnië en zijn métallurgie: het duo heeft een lange geschiedenis.
Leuk weetje tussendoor.
De bovenste traptrede van dit archief, op de hoogste verdieping dus, kon door Atelier Galler pas gevormd en gesmeed worden toen de hele trap geïnstalleerd was: op 20 juli 1852.
Dit Archief bestaat uiteraard niet toevallig uit gietijzer.
Brandveiligheid was voor de bouwheren de drijfveer om voor dit materiaal te kiezen. Een archief met houten rekken en planken was geen optie. Daarom was dit oorspronkelijk ook een losstaand huis: het gevaar voor brand werd aldus verkleind.
Alleen de gelijkvloerse verdieping bestaat uit bakstenen. Dat is omdat zich daar, waar u bent binnengekomen, de stookruimte bevindt.
De vier daarboven liggende etages bestaan volledig uit gietijzer: vloeren, trappen, pilaren, bouten en verbindingsstukken, de centrale wenteltrap met een holle, metalen spil die, o geniale Théodore, als kachelpijp fungeert: dankzij de gietijzeren constructie wordt de warmte uit de stookruimte als vanzelf over het hele gebouw geleidt.
Uiteraard zijn ook alle boeken- en archiefrekken van gietijzer.
Nog een leuk weetje.
Als we alle modulaire wandrekken achter elkaar zouden leggen, zou dat pad van metalen roosters u van onze voordeur tot aan het MAS, het Museum Aan de Stroom, brengen. Hier staan voor meer dan 1 kilometer boekenrekken.
Dit pand is beschermd erfgoed.
Er mag aan dit archief niets veranderd worden.
Wij respecteren deze bescherming. Sterker, we eren en waarderen ze.
We mogen de metalen vloerroosters, met hun grote mazen waar elke schoenhak in steken blijft, met tapijt dicht leggen. Dat wel.
Maar met dat tapijt plegen we wel een inbreuk op het genie van de ontwerper. Die heeft gaslicht vermeden – omdat gaslicht brandgevaar met zich meebrengt. Wat heeft gaslicht met vloerroosters te maken? Dankzij de grote mazen in de metalen vloerroosters kan het daglicht via de ramen op alle verdiepingen binnenvallen. Dwarrelendgewijs. Want teveel daglicht en teveel ramen konden voor ingenieur Lebens evenmin. Licht maakt papier geel. En dat willen archief en archivaris niet. Vandaar dat alle ramen sierlijk uitgerust zijn met kunstig op maat gemaakte metalen binnenluiken!
Er valt over dit pand nog veel meer te vertellen.
Je zou er boek over kunnen schrijven, zullen we maar zeggen 🙂
Dat doen we niet.
Wat u misschien wél nog graag weet:
Deze hele hoek werd aan het einde van de tweede wereldoorlog door een V2-bom plat gebombardeerd.
Dit archief bleef, dankzij dat binnenskelet van gietijzer, geheel overeind.
Al raakte de façade beschadigd. En in de spil van de centrale wenteltrap is het gietijzer her en der gescheurd of gebroken.
Een van de hypotheses van de oorzaken van deze breuken luidt: impact van de bom die hier in december 1944 de wijk verwoestte.
Het archief werd omstreeks de oorlogsjaren wel ontruimd, en boeken en materiaal kregen elders onderdak.
Dit pand stond decennialang leeg. Sleutel op de gewapende deuren.
Uiteraard werd het pand sinds zijn bestaan grondig gerestaureerd.
Aan de buitenzijde dan toch. Het interieur werd (nog) niet onder handen genomen. Omdat er, dankzij zijn intactheid, geen nood aan is.
Dit pand kende, in zijn pakweg honderdvijfenzeventigjarig bestaan, vanzelfspreken meerdere eigenaren.
Het is niet langer eigendom van een overheidsinstantie en evenmin van het bisdom in wiens flanken het archief gehuisvest is.
Vandaag is dit unieke gebouw in handen van een sympathieke en erfgoedminnende privé-eigenaar, die het aan ons verhuurt.
Nog een leuk weetje.
Over de Geefsstraat, waarvan HET ARCHIEF huisnummer 5 inneemt.
De Geefsstraat is vernoemd naar de artistieke familie Geefs, die maar liefst acht beeldhouwers telt. Een van deze beeldhouwers is Willem (Guillaume) Geefs, die leefde van 1805 tot 1883. Het standbeeld van Pieter Paul Rubens, die op zijn sokkel in het midden van de Groenplaats deze kant opkijkt, is van Willem Geefs hand en hoofd.
open op , vrijdag – zaterdag en zondag, van 12u tot 20u.
u kunt ter plekke genieten en/of het goede leven meenemen of aan de deur laten leveren.
Ad Bibendum wijnen – Van Tricht kazen – Dierendonck charcuterie
Bieren van kleine brouwerijen en enkele voltreffers van grote
HET ARCHIEF staat open voor kleine ‘events’.
Ook de derde en vierde etage kunnen tijdelijk uitgebaat worden door een cultureel organisator, een kunstenaar, een bedrijf…
Alle voorwaarden te bespreken met Ernst.
HET ARCHIEF
GEEFSSTRAAT 5
2000 ANTWERPEN
(+32)468221251 /ERNST
Bronnen: met dank aan het werk ‘Provinciaal Archiefgebouw te Antwerpen’ van Linda Van Langendonk, Hilde Vermolen en Anne Malliet. Ook grote dank aan Inge Bertels, architectuurhistorica met een groot zwak voor deze verborgen parel.